Home

Alles verandert bliksemsnel

De wereld is in nauwelijks 20 jaar totaal veranderd. Internet is de nieuwe Werkelijkheid geworden. Ruim 100 jaar geleden brachten telegraaf, telefoon, stoomboot, en trein, later het vliegtuig ons vooruit. Het ging snel, maar nooit zo snel als nu.

Onze wereld is veranderd in een dorp. Financiën, handel en industrie zijn uitgegroeid tot een georganiseerde productieketen. In dit ‘werelddorp’ met 7 miljard inwoners draait het om globalisering: het openstellen van grenzen voor de gemakkelijke verplaatsing van goederen en diensten.

Die ontwikkeling gaat razendsnel. Alleen een crisis, recessie of oorlog kan er een eind aan maken. Maar zijn de puinhopen aan de kant geschoven dan draait alles gewoon weer door en wellicht nog sneller dan voorheen.

Op deze site wil ik de veranderingen in de wereld volgen. Niet zoals een krant of tijdschrift doet, maar door alleen datgene eruit te pikken wat ik belangrijk vind.

Nederland in WO 1 nu gratis te lezen. Het boek verscheen in 2014.

nederland in wo1

Nederland in wo1


Aanslag op westerse infrastructuur denkbaar

 

 

 

Vergeet een snel einde van de oorlog in Oekraïne. Een ingrijpende escalatie ligt meer voor de hand. Niemand weet hoe die uitpakt. De kans op een atoomoorlog is minimaal, maar niet uit te sluiten. Een Russische aanslag op de westerse infrastructuur – denk aan de verstoring van het internet, gas- en elektriciteitsleidingen – ligt meer voor de hand.

Door de oorlog in Oekraïne beseften we pas hoe kwetsbaar we zijn. Na de val van de Sovjet-Unie dachten we dat de eeuwigdurende vrede eindelijk een feit was. Onze defensie-uitgaven gingen drastisch omlaag. Hoe fout was dat? Dat we zakendeden met energiegigant Rusland leek prachtig, tot we ontwaakten uit die bizarre droom en ontdekten dat energie voor het Kremlin vooral een geopolitieke component is.

Wapenlevering

Rusland vestigt zijn hoop op het stoppen van westerse wapenleveranties aan Oekraïne. Gebeurt dat, dan is dat einde Grensland en Europa terug in de Koude Oorlog. Laten we  hopen dat dit nooit gebeurt.

Oekraïne laat zien dat haar leger beter is dan het Russische leger. Doelgerichte aanvallen in kleine groepen houden het offensief gaande. De offensieve legermacht omvat twaalf brigades, ruim 60.000 man. In totaal beschikt Oekraïne over  ruim 600.000 soldaten, exclusief 400.000 reservisten. De verliezen aan Oekraïense zijde zijn hoog:  124.000 tot 131.000 manschappen zijn gesneuveld of gewond.

Reprise IJzeren Gordijn

De Russische krijgsmacht telt om en nabij een miljoen soldaten en twee miljoen reservisten. In Oekraïne verblijven 360.000 Russen – aantal doden en gewonden? Onbekend. Naar eigen zeggen heeft Rusland een oorlogseconomie. Het bewapenen is geen probleem, zou je denken. De werkelijkheid is anders. Het Russische leger vecht – op barbaarse wijze – grotendeels met verouderd materieel en relatief goedkope Iraanse drones. Het wapentuig lijkt onuitputtelijk. Mocht het ze lukken het Westen uit elkaar te spelen en zo de wapenleveranties te stoppen, dan is Oekraïne in no time bezet. Mogelijk ontstaat er dan een lang durende guerrillaoorlog en een ondoordringbare scheidslijn tussen Rusland en de EU, de reprise van het IJzeren Gordijn.

Hürtgenwald, de vergeten slag

Het Hürtgenwald was tijdens de Tweede Wereldoorlog het toneel van hevige gevechten tussen Amerikaanse en Duitse troepen. Van september 1944 tot februari 1945 was het een van de langstdurende en bloedigste gevechten aan het westelijke front. Toch is de Slag om Hürtgenwald min of meer vergeten. Dat ligt aan de zware Amerikaanse verliezen, waarover men liever niet sprak, en doordat het een slag was tussen de grootschalige operatie Market Garden en het Ardennenoffensief.

De gesneuvelde Duitsers in de bossen van Hürtgenwald liggen begraven in Vossenack.

 

 

De Amerikaanse troepen waren oorspronkelijk van plan om snel door het Hürtgenwald naar het Ruhrgebied te trekken. Door het gebied liep de sterk verdedigde Westwall, ook bekend als de Siegfriedlinie, een 630 kilometer lange verdedigingslijn van Kleve naar de Zwitserse grens. De linie zat vol prikkeldraadversperringen, bunkers, loopgraven en mitrailleursnesten, je kwam er niet zo maar doorheen. Het bos bood uitstekend dekking aan de Duitse troepen, die er alles aan deden om de Amerikaanse aanvallen te vertragen en te verzwakken.

Nu ligt het dal er vredig bij, maar tijdens de slag was het een hel.

Slachting

Generalfeldmarschall Walter Model, trouw aanhanger van Hitler, pleegde in april 1945 zelfmoord in de buurt van Duisburg en werd in 1955 bijgezet op de begraafplaats in Vossenack. Geboortejaar alsmede overlijdensdatum van Hermann Henscke zijn onbekend.

Voor de GI’s werd het een slachting. Behalve een ijzersterke Duitse verdediging was het weer in het dichtbegroeide, met ravijnen doorkruiste, bos bar slecht. Regen, mist en sneeuw maakte de grond modderig. Ook het zicht was slecht. Daardoor was het voor de Amerikanen moeilijk om artillerie en luchtsteun in te zetten.
De gevechten draaiden uit op langdurige loopgravenoorlog-achtige situaties. Uiteindelijk slaagden de Amerikaanse troepen erin om het Hürtgenwald te veroveren, maar de overwinning kwam tegen een hoge prijs. Het vertraagde de geallieerde opmars naar het Ruhrgebied, dit alles had een grote impact op de Amerikaanse troepenmoraal.

Ehrenfriedhof Vossenack.

 

Het gebied werd bijna volledig verwoest en het menselijk leed was enorm.De laatste schattingen houden het op 10.000 Duitse en 30.000 Amerikaanse doden. In de bossen worden nog steeds vermisten gevonden. Overal in het bos zie je de restanten van de oorlog: kapotgeschoten bunkers, schuttersputten, loopgraven en mitrailleursnesten. Het is een ellendige herinnering aan de strijd om de vrijheid.

Kosovo en Servië: altijd mot

Wapen van Servië: de Servische adelaars.

En weer is het mot tussen Kosovo en Servië. De twee landen kunnen elkaar niet luchten of zien. Servië weigert de onafhankelijkheid van Kosovo te erkennen. Kosovo trekt zich er niks van aan. Gesteund door Duitsland, Frankrijk en de VS hield de Kosovaarse regering onlangs verkiezingen in noord-Kosovo waar veel Serviërs wonen.

De Servische gemeenschap blokkeerde die verkiezingen. De opkomst was extreem laag (3,5 procent). Kosovo trok zich daar niets van aan en installeerde vier etnisch-Albanese burgemeesters. Servië laaiend. Hun leger ging in de hoogste staat van paraatheid. Hooligans en speciale eenheden uit Servië, gekwalificeerd in het zaaien van onrust, togen naar de demonstratie tegen ‘dit onrecht’. De Servische president Vucic verklaarde: ‘Hier demonstreren vreedzame mensen.’ Aan de overkant bood de NAVO-vredesmacht KFOR bescherming. De demonstratie leidde tot een explosie van geweld. Dertig NAVO-militairen en ruim vijftig demonstranten raakten gewond. Inmiddels staan er nieuwe verkiezingen op de agenda.

‘Terroristische klootzak’

In Kosovo zijn ruim 1,6 miljoen Albanezen en zo’n 50.000 Serviërs. De Servische media – volledig onder controle van Vucic – keren zich fel tegen de onafhankelijkheid van Kosovo. De autocraat Vucic wil niet dat Kosovo zich aansluit bij de EU of samenwerkt met internationale organisaties, zoals de FBI. Als reden geeft hij op dat de helft van de wereld Kosovo niet erkent. Dit klopt niet. Van de 193 landen erkennen er 98 Kosovo wel – ook Nederland. Binnen de EU erkennen Cyprus, Griekenland, Roemenië, Slowakije en Spanje Kosovo niet, dat ligt vooral aan het in toom houden van  bevolkingsgroepen – denk aan de Cataloniërs in Spanje.

Om in de Servische gebieden in Kosovo voet aan de grond te krijgen hamert Vucic op de oprichting van de Unie van Servische gemeenschappen, zoals bevestigd in het Akkoord van Brussel. Kosovo benoemde daartoe een minister van Gemeenschappen die de Serviërs meteen wegzette als ongrondwettelijk en in strijd met het Brusselse akkoord. Vucic, altijd een straatvechter geweest, noemde premier Albin Kurti van Kosovo in het openbaar ‘een terroristische klootzak’ die uit is op de verdrijving van de Serviërs uit Kosovo.

Kosovo was een autonoom gebied binnen de Joegoslavische deelrepubliek Servië. Er wonen vooral etnisch-Albanezen (Kosovaren). President Milošević ontnam Kosovo in 1989 de autonome status. Dat veroorzaakte in 1998 een guerrillaoorlog. In februari 1999 volgde er een bemiddelingspoging tussen de Serviërs en de Albanese Kosovaren. Die mislukte. Van 23 maart 1999 tot 10 juni van dat jaar voerde de NAVO-luchtaanvallen uit op Servië. Operatie Allied Force kostte honderden doden en 300.000 mensen sloegen op de vlucht.

Kribbe

WO1-monument op de berg Gucevo in Servië.

In 2008 riep Kosovo de onafhankelijkheid uit. Dat steekt de Serviërs. Zij beschouwen Kosovo als hun kribbe. Behalve Serviërs en Albanezen wonen er ook Bosniakken, Roma, Slavische moslims (de Gorani – Óns Volk’) en Turken. Het is, zoals overal op de Balkan, een allegaartje van volkeren en culturen die al sinds eeuwen met elkaar overhoopliggen.

De Serviërs kijken altijd naar het verleden. Op 28 juni 1389 verloren ze op Kosovo Polje (het Merelveld) de slag tegen de Turken, die daarna een groot deel van de Balkan in bezit namen. Die slag herdenken ze jaarlijks. De feestdag Vidovdan speelt een voorname rol in het Servisch nationalisme. In 1878 is Servië onafhankelijk. Tijdens de twee Balkanoorlogen – 1912/1913 – annexeert het Kosovo. Dictator Tito geeft de etnisch-Albanezen in 1974 een relatieve vrijheid, maar de Serviërs blijven heer en meester in overheidsfuncties. In de jaren tachtig kwamen de etnisch Albanezen tweemaal in verzet tegen de Serviërs. Milošević noemde Kosovo in 1989 de bakermat van de Servische beschaving. Daarmee wakkerde hij het nationalisme verder aan.

Nationalistische volksbeweging

Nationalisme is ook het belangrijkste thema van Vucic. Hij verruilde het leiderschap van zijn partij SNS voor de oprichting van een nationalistische volksbeweging. ‘Een beweging van fatsoenlijke en normale mensen’, aldus Vucic, die niet bekendstaat als een fris politicus (lees de reportage die The New York Times over hem maakte:  https://www.nytimes.com/2023/05/03/magazine/aleksandar-vucic-veljko-belivuk-serbia.html?searchResultPosition=9).

Om steun te vergaren bij het conservatieve deel van de bevolking dat graag alles bij het oude laat, verhoogde de president de pensioenen met 21 procent. In vrijwel iedere toespraak belooft hij ook de salarissen te verhogen. Ook benadrukt hij de onafhankelijkheid van Servië, het land is voor hem ‘een heilige plaats’. Vrede en stabiliteit komen in elke toespraak terug. De NAVO, benadrukt hij, is uit op conflict. Hij vergeet te vertellen dat het Servische leger vaker oefent met de NAVO dan met Rusland. Het land wacht sinds 2011 op EU-toetreding, al is het bepaald geen koploper, want het vlot niet met het hervormen van de rechtstaat en het nationaal bestuur.

Vucic heeft de oppositie uiteen gespeeld. Demonstraties tegen zijn bewind halen de meeste Servische media niet en halen ze die bij uitzondering wel dan is de verslaggeving ronduit badinerend. Vucic balanceert uitmuntend op het geopolitieke toneel. Hoewel hij de EU– nog altijd de grootste investeerder in Servië – regelmatig beticht van een anti-Servische houding doet het bondgenootschap daar vooralsnog weinig aan. De EU kan de steun aan Servië intrekken, maar dan nemen China en misschien in mindere mate Rusland het roer over. Dat wil de EU voorkomen. Bovendien beschikt Servië over een aanzienlijke hoeveelheid lithium, een delfstof die onmisbaar is voor de fabricage van autobatterijen. Nu de EU midden in de energietransitie zit willen ze niet dat Servië ons die delfstof onthoudt. Vooralsnog slikt de EU het autocratische regime in Belgrado. Voorlopig ziet het er niet naar uit dat er snel sprake is van een Servische overgave.