Juttersschatkamer op Texel

De zee is een ware toverdoos. Het zilte laat op het strand veel goederen na die afkomstig zijn van schepen. Strandjutters verzamelen het spul. Daarbij doorgaans scherp in de gaten gehouden door ambtenaren – strandvonders – die erop toezien dat ze niets van waarde meenemen. Dat de jutters er alles aan doen om ze te ontwijken behoeft geen betoog.

Blikjes melkpoeder.

Want jutters houden niet van regels. De markante Texelse jutter Maarten Boon († 2015) liet zich door niets en niemand tegenhouden. Op een dag zag hij op de  donkere zee honderden dansende lichtjes. Het maanlicht, ontdekte hij, ketste af op Britse blikjes melkpoeder, vierduizend in totaal. Hij graaide alles bij elkaar, wat geen klein werk was, en snelde, zonder dat een strandvonder het ontdekte, naar huis. De blikjes verkocht hij voor twee euro per stuk aan onder meer een Texelse bakker, die de poeder gebruikte om er slagroom van te maken. Soms had hij minder geluk. Uit een overboord geslagen container met tien miljoen sigaretten pakte hij de nodige sloffen. Hiervoor kreeg hij een belastingaanslag van ruim 1.700 euro. Hij nam het gelaten op, want soms win je, soms verlies je.

Wereldwijd slaan er dagelijks drie zeecontainers overboord. Begin 2019 verloor de MSC Zoē boven de Waddeneilanden 342 zeecontainers, daarvan liggen er nog veertig op de zeebodem te roesten. De stranden van de wadden werden destijds overspoeld met knuffelbeesten, piepschuim en sportschoenen. Over een aantal jaren spoelt er geheid ook van alles aan uit de gezonken containers.

Flora

Grafplaat voor de Noor kapitein Johan Christian Hesselberg. Op 17 november 1849 verloor hij, samen met negen bemanningsleden, het leven toen zijn schip ten onderging bij Paal 17 op Texel.

Overboord geslagen reddingsboeien.

Tot 2014 waren er op de wadden  scheepsstrandingen, die komen nu niet meer voor door de verbeterde navigatieapparatuur en het verleggen van de grote scheepvaart naar ruim zestien kilometer uit de kust. Maar dat wil niet zeggen dat die schepen niets ‘verliezen’, zeg maar gerust overboord zetten. In het Schipbreuk- en Juttersmuseum Flora in Den Burg liggen duizenden voorwerpen van schepen, ze spoelden aan op de stranden van Texel. Van autobumpers tot een zerk en alles daartussenin. En natuurlijk vinden ze op de stranden nog steeds ook heel oud spul, veelal afkomstig uit de honderden scheepswrakken in dit gebied of nog ouder, uit de tijd dat er nog helemaal geen Noordzee was, maar een landvlakte waarop herten en mammoeten rondliepen.

Slagtand van een mammoet die tienduizenden jaren geleden leefde in het gebied waar nu de Noordzee is.

Bord van een kermisattractie in Brighton.

Vrijwel dagelijks, en zeker na een storm, doen de jutters allerlei strandvondsten. Tegenwoordig is dat steeds vaker waardeloos plastic. Maar er is ook nog genoeg spul dat bijzonder is, zoals een attractiebord dat bij de pier in Brighton in zee sloeg en aankwam op Texel. Zo blijft het juttersmuseum een schatkamer, steeds  aangevuld met nieuwe en vooral ook veel leuke vondsten.

 

 

 

 

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.