Home

Alles verandert bliksemsnel

De wereld is in nauwelijks 20 jaar totaal veranderd. Internet is de nieuwe Werkelijkheid geworden. Ruim 100 jaar geleden brachten telegraaf, telefoon, stoomboot, en trein, later het vliegtuig ons vooruit. Het ging snel, maar nooit zo snel als nu.

Onze wereld is veranderd in een dorp. Financiën, handel en industrie zijn uitgegroeid tot een georganiseerde productieketen. In dit ‘werelddorp’ met 7 miljard inwoners draait het om globalisering: het openstellen van grenzen voor de gemakkelijke verplaatsing van goederen en diensten.

Die ontwikkeling gaat razendsnel. Alleen een crisis, recessie of oorlog kan er een eind aan maken. Maar zijn de puinhopen aan de kant geschoven dan draait alles gewoon weer door en wellicht nog sneller dan voorheen.

Op deze site wil ik de veranderingen in de wereld volgen. Niet zoals een krant of tijdschrift doet, maar door alleen datgene eruit te pikken wat ik belangrijk vind.

Nederland in WO 1 nu gratis te lezen. Het boek verscheen in 2014.

nederland in wo1

Nederland in wo1


Zwarte Piet heeft niets te maken met ons koloniale verleden

Het Sinterklaasfeest komt er weer aan, een van de alleroudste feesten. Al in het begin van de 15e-eeuw werd de ‘goetheiligh man’ hier met alle egards ontvangen. Op 5 december werden de schoentjes van de kinderen gevuld met lekkernijen, zoals amandelbrood en marsepein. Niemand is ooit in staat geweest dit zeer katholieke feest te stoppen, al zijn daartoe genoeg pogingen ondernomen.

Protestanten noemde het Sinterklaasfeest in 1578 ‘paepse afgodery’. Ze verboden Sinterklaasmarkten en wie op straat liep met lekkernij kreeg een boete. Het hielp niet. Tot in de negentiende eeuw waarschuwden dominees voor de schrikwekkende effecten van het Sinterklaasfeest, het zou ‘een Roomse afgoderij’ zijn. Het zal wel, de mensen lieten zich het feest niet ontnemen. Sinterklaas was het lichtend middelpunt in de donkere winters van toen, die tot 1850 bekendstaan als de Kleine IJstijd.

Munten

Een houten schooltas, 18e eeuw.

Het feest werd intensief gevierd. Kinderen kregen vrij van school en menig stadsbestuur stopte de jeugd met Sinterklaas een centje toe. Rond 1480 gaven de Utrechtse bestuurders aan de schoolkinderen in de stad een halve stuiver. En behalve met snoep gevulde schoentjes waren er ook andere cadeaus, zoals een houten schooltas. Ook de volwassenen deelden volop in de feestvreugde en verblijdde elkaar met cadeaus.

En waar komen de in zilverpapier verpakte munten vandaan, die Sint in de schoentjes legt en  tegenwoordig van chocola zijn? Zie deze video:

Relikwie van Sint Nicolaas

Sint Nicolaas is al 1685 jaar geleden gestorven. De Kerstman – Santa Claus – is een directe afstammeling van Sint Nicolaas en langzaamaan wint hij hier steeds meer terrein.

De goede Sint, gestorven op 6 december 337 in het Turkse Myra, is onder meer de patroonheilige van advocaten, prostituees en zeelieden. Hij is al 751 jaar de beschermheilige van Amsterdam waar de Nicolaaskerk vorig jaar een relikwie van de ware Sint, een stukje rib, ontving uit de abdij van Egmond waar ze een groter stuk rib van de goedheiligman bewaren. Op 4 december krijgt ook de Nicolaaskerk in Odijk een klein stukje rib als relikwie van de goede Sint.

Pieterbaas

Sinterklaas was lang alleen. Ook op het schilderij Sint-Nicolaasfeest van de kunstschilder Jan Steen (1665-1668) komt Zwarte Piet niet voor. Over Pieterbaas horen we pas in 1828. Sinterklaas noemt hem dan Pieter-me-knecht, zoals we weten van de schrijver Joseph Alberdingk Thijm.

In 1930 staat de naam Zwarte Piet voor het eerst op papier. Voor de goede orde: Zwarte Piet heeft niets te maken met – fout woord, ik weet het – negers. De oorsprong gaat terug naar de heidense midwinterfeesten van ver voor onze jaartelling. Daar droegen mannen zwarte maskers ter afschrikking van de boze geesten, die ze schreeuwend en meppend met takkenbundels – de roe – verjoegen. Dat Zwarte Piet in direct verband staat met ons koloniale verleden is dus niet waar. Al droegen de latere slaven, die hier in particuliere dienst waren, min of meer wel dezelfde kleding als de latere Zwarte Piet van Sinterklaas, maar dat is uiterlijke schijn.

Industrie langs Noordzeekanaal zorgt voor milieuproblemen

Het Noordzeekanaal, geopend op 1 november 1876, verbindt de Noordzee met de haven van Amsterdam. De aanleg duurde elf jaar. Een Nederlandse aannemer durfde dit gigantische karwei niet aan waardoor de Britse firma Henri Lee and Sons uit Londen-Westminster ermee aan de slag ging.

De kerk in Oud-Velsen staat op de plek van een houten kapel uit 800 n.Chr. Naast de kerk zijn graven van omgekomen Engelse arbeiders aan het Noorzeekanaal.

Het 21 kilometer lange kanaal mondt uit in het IJ en is volledig met de hand uitgegraven. Dit intensieve werk – waar de Britten door hun ver doorgevoerde industrialisatie in de tijd meer ervaring mee hadden dan wij – begon op 8 maart 1865. De eerste schop ging de grond in in de duinen van de Breesaap, op het grondgebied van de gemeente Velsen. Het kanaal heeft het dorp bijna gehalveerd. Gelukkig is de 18e -eeuwse kern grotendeels bewaard gebleven. Naast de Engelmunduskerk uit de 12e-eeuw zijn graven van Engelse arbeiders die omkwamen bij de kanaalaanleg, onder meer het graf van de 37-jarige voorman John Hurrell – zie foto – uit Shaugh, die op 9 juni 1869 het leven liet.

Tata Steel

Aan het Noordzeekanaal, op een terrein van 800 hectare in IJmuiden, staat het voormalige Hoogovens, thans Tata Steel, een milieuvervuiler van de eerste orde.

Jaarlijks varen er zo’n negenduizend schepen door het talloze malen verbrede en verdiepte Noordzeekaneel, dat een uitstekende verbinding biedt met de rest van de wereld. Langs het water staan veel bedrijven, die zorgen niet alleen voor veel inkomsten maar ook voor heel veel milieuproblemen.

Wat er over was van de Breesaap werd in 1918 verwoest door de Hoogovens, tegenwoordig het Indiase Tata Steel. Sinds de in bedrijfsname (1920) blaast de staalgigant niet alleen hete lucht uit de smeltovens maar ook tonnen CO2, evenals kankerverwekkende stoffen als PAKS en lood.

Onlangs werd het bedrijf een uitstootvermindering van acht procent opgelegd, maar Tata Steel heeft nog altijd ruim voldoende stikstofruimte over om de productie op peil te houden. En dat is jammer, want zo halen we de klimaatdoelen natuurlijk nooit. Meer dan 1.5 graad mag de aarde niet opwarmen, aldus het klimaatakkoord van Parijs (2015). Ondertussen stijgt de temperatuur maar door. In Europa zitten we nu op gemiddeld 1.2 graden en het gaat naar 2.5 graden. Zeg maar dag met je handje.

Wolkers kunstwerk voor Jac. P. Thijsse

Glaskunstwerk ONBEKOMMERD van Jan Wolkers ter ere van schrijver/bioloog Jac. P. Thijsse in Den Burg op Texel.

Wat zoek je op Texel? vroegen vrienden aan de later bekende bioloog, schrijver/ leraar Jac. P. Thijsse toen hij in 1889 schoolhoofd werd van de Franse school – voorloper van de mavo – in Den Burg. ‘De prachtige natuur hier boeit mij onmetelijk’, antwoordde hij.

Thijsses vrouw had algauw genoeg van Texel. Na tweeënhalfjaar verhuisde het stel naar Amsterdam. Desondanks bleef hij naar eigen zeggen verknocht aan Texel en verklaarde ‘altijd een Texelaar te blijven’. Hij kwam er vaak terug.

Zijn liefde voor Texel is niet vreemd. Het schapeneiland is een openbaring voor liefhebbers van fauna en flora. Overal zijn watervogels. Op Texel bloeit de parnassia en langs de vele kreken en strangen staan metershoog de Gelderse rozen. Ook het licht op Texel is uniek, lichtzuilen en bijzonnen komen hier vaak voor.

Thijsse liet de meisjes van ‘zijn’ middelbare meisjesschool ’t Kopje in Bloemendaal zorgeloos kennismaken met deze pracht. Met zijn boeken over de natuur – hij schreef er vijfenveertig waarvan de Verkade-plaatjesalbums nog altijd bijzonder zijn – krikte hij in Nederland de belangstelling voor de natuur omhoog. Het is aan hem te danken dat het Naardermeer een natuurgebied is en zonder hem was er geen Vereniging van Natuurmonumenten geweest.

Graf van Jac. P. Thijsse en zijn vrouw in Bloemendaal.

Thijsse stierf in 1945. Jaren na zijn dood betrad de beeldhouwer/schrijver Jan Wolkers Texel. Hij schreef er onder meer Turks Fruit en koesterde een enorme waardering voor de bioloog Thijsse. Wolkers wandelde hier uren door weer en wind in de voetsporen van Jac. P. Thijsse. In 2003, vier jaar voor zijn dood, onthulde de gemeente in de vijver vlak voor het centrum van Den Burg zijn hommage aan Thijsse, een glaskunstwerk met als titel: Onbekommerd.