Terug naar de 19e eeuw in het huis van Paulina Bisdom van Vliet

Er zijn huizen waarin je het gevoel krijgt in een andere tijd te verkeren. Ik noem Huis Doorn waar sinds 1941 niks veranderd is. Was hij in dat jaar niet overleden dan zou de Duitse ex-keizer Wilhelm II daar maar zo terug kunnen keren. Ook in Haastrecht staat zo’n huis, een patriciërswoning uit de negentiende eeuw – zie foto boven – waarin een lang voorbije tijd gevangen zit tussen vier muren.

Woonkamer in het huis van Paulina Bisdom van Vliet.

Paulina Bisdom van Vliet.

Marmeren vloeren, fraaie plafondschilderingen, schitterende serviezen van Chinees porselein, mooie kasten, prachtig gedrapeerde gordijnen, hier zie je ze in overdaad. Over de dure handgeknoopte tapijten liepen bedienden. De bewoonster en eigenaresse van dit, door haar vader gebouwde, kapitale huis, was Paulina le Fèvre de Montigny – Bisdom van Vliet. Welgesteld als ze was bepaalde ze dat het huis na haar overlijden in dezelfde staat moest blijven als museum. En zo geschiedde.

Hal in het regentenhuis, sinds 1923 is er aan de inrichting niets veranderd.

Maatschappelijk van belang

De familie Bisdom van Vliet verwierf rijkdom door de verbouw en handel in hennep voor de touw- en zeildoekindustrie. Haar opa en vader waren hoogheemraad en burgemeester van Haastrecht, evenals haar echtgenoot Johan le Fèvre de Montigny.

Na het overlijden van haar man in 1881 nam Paulina – rijk en kinderloos – het heft in eigen hand. Daarmee drukte ze een belangrijk stempel op het maatschappelijk leven in Haastrecht. Liet een kerk voor de Nederlandse Protestantenbond bouwen, stichtte een meisjesschool en steunde de gymnastiekvereniging, de ijsclub en de muziekvereniging. Wie geld nodig had kon bij haar terecht. ‘Zo bekostigde Paulina de HBS-opleiding van Zwaantje Muurling, de dochter van de huisknecht’, aldus de museumgids.

Geheim

Het Tagebuch bevat haar geheim.

Op 8 september van dit jaar openbaarde de Stichting Bisdom van Vliet ‘het geheim’ van Paulina. Wat zit er in het pakje dat sinds 1923 achter slot en grendel lag? Een schat, een opzienbarende bekentenis? Een buitenechtelijk kind, een pot met goud, verborgen in de tuin? Niemand die het wist. Na honderd jaar ging de dikke envelop dan eindelijk open. Eruit kwam haar Tagebuch, geschreven in 1882, daarin vertelt ze openhartig over de  rouwverwerking van haar overleden man.

Dit bericht is geplaatst in Uncategorized. Bookmark de permalink.